maandag 3 december 2007

Chance op 4000 meter

Chance, dat is zowat het kernwoord van mijn dagtocht in Cajas.
Maar eerst een verslagske van mijn bezoek aan Puma Pungo.


Ik ben lid van de scouts op voorwaarde dat ik nu en dan eens den toerist mag uithangen. Deze zaterdag was het weer eens zover. Ik ben Puma Pungo gaan bezoeken, het administratief hoofdkwartier van “Den Inca”, Huayna Cápac, begin zestiende eeuw. Dat ligt hier in Cuenca, maar daar schiet helaas niet al te veel van over.

Ten eerste hebben de Spanjaardan dat zelf in puin aangetroffen, verwoest door nen burgeroorlog. Vervolgens hebben die mannen dat uitgeroepen tot streengroeve. Ge snapt het al, veel chik is er heden ten dage niet meer aan.

Den inkom in het museum kost 1,5 dollar voor studenten, daar kunde nie voor sukkelen. Voor dat geld kunde een museum met religieuze kunst bezoeken, een numismatisch museum (geld), een ethnografisch museum, over de culturen in Ecuador, een archeologisch museum over de Inca´s, het archeologisch park Puma Pungo (van onze vriend Huayna Cápac), een tuin met Andesplanten en een opvangcentrum voor vogels. Dat klinkt allemaal geweldig, maar op ne voormiddag tijd hebde dat gezien. (zelfs aan mijn museumtempo)

Onder het motto “het stoemste eerst” begon ik in het museum van religieuze kunst. Niet veel speciaals. Foto: beeldengroep en schilderij http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/MuseoDelBancoCentralArteReligioso

Het was goei weer (en dat is hier eerder uitzonderlijk) dus ik besloot om vervolgens naar buiten te gaan, naar het archeologisch park. Kom ik onderweg een bende jeugd tegen, onder leiding van twee vrouwen die ik ken van het werk met ACORDES, meer zelfs, twee van diegenen die mij om een handtekening en ne foto gevraagd hadden. Ge snapt het al, ik moest met die groep mee. (en dat zinde mij wel, want zo kon ik mee profiteren van de gids die die mannen hadden)

De mannen gingen eerst naar het ethnografisch museum: ge hebt hier in zowat elke provincie een eigen cultuur. Eigenlijk wel zalig om dat met nen troep Ecuadorianen te kunnen meemaken.
Vervolgens naar het archeologisch museum, de Incaschatten gaan bezien. Wederom dankzij de Spanjaarden bestaan die schatten heden ten dage hoofdzakelijk uit aadewerken potten. Enkele kleine gouden prullekes, zoals een tumi (offermes), maar verder waren vooral de poppen interessant.
Hier zijn weinig foto´s van, want dat mocht niet en die gids was erbij, maar toch: http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/MuseuDelBancoCentralEtnogrFico

Puma Pungo dan, het administratief centrum van Den Inca. Vergane glorie. Die mens had 200 maagden tot zijn beschikking, voor het uitvoeren van religieuze rituelen, volgens de officiële versie. (mits enige creativiteit kan ik al direct wel een paar “religieuze rituelen” verzinnen die ge met maagden kunt doen) Er schoten enkel nog wat fundamenten van de huizen van die armzalige vrouwen over, een soort dorpsplein, twee halve ovens en wat terrassen. Over de rest was een middelbare school gebouwd, waarom ook niet, natuurlijk. Verder waren ze nog bijzonder trots over de vondst van een waterkanaal, met halfweg “het bad van Den Inca”. Als ge voor de precolumbiaanse geschiedenis komt kunde beter naar Mexico of Peru. Maar het was toch ferm om te zien, voor hetzelfde geld kunde nog geen pint niemeer pakken in België.
Foto´s: Een impressie van Puma Pungo http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/PumaPungo


El cajas is een nationaal park op een uurke rijden van Cuenca. Met zijn 232 meren iets werelduniek. (hoewel dat Mol ook wel een vrijftal schone meren heeft natuurlijk) Zondag had ik eindelijk (na veel weken) eens tijd om dat te bezoeken. Normaal ging ik kamperen met de Pepe en de Coco, maar de mannen konden op het laatste moment toch niet mee. Dan ben ik er maar alleen op uit getrokken, ik wilde dat al langer eens doen, wat bezinnen. En alleen in dat gigantisch park, dat is echt iets overweldigend.

Bij de parkwacht 1,5 dollar inkom gaan betalen, een planneke en wat uitleg gevraagd en op pad getrokken. Voor nen tocht van een vijftiental kilometer, maar in extreem landschap. Op weg naar het begin van de tocht (een stuk over de asfaltweg die het park doorkruist) kwam ik de Vicente tegen, ne vreemde plant die zielsgelukkig was dat hij een Fransprekende tegenkwam. Begon die mens daar Franse gedichten voor mij te citeren, volledig geëmotioneerd en met groteske gebaren. Ge komt hier echt alles tegen.
Foto: de Vicente http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/CajasVicente

Een paar bochten verder merk ik ineens een lama op, een dertigtal meter van de weg. Van het verschieten kan ik een spontaan, hardop “nondedju” niet onderdrukken. (heel grappig als ge alleen zijt) Ik haal mijn beste scoutstrukken boven en beslis dat beest te besluipen voor ne foto. Blijkt dat er zo twee rondliepen, en dat die helemaal niet schuw waren. Ik heb ze – met veel geduld – tot op twee meter kunnen benaderen.
Foto´s: mijn twee eerste lama´s (ik werd zot) http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/ElCajasPrimerasLlamas
Ne kilometer verderop kom ik nog meer lama´s tegen, juist gelijk ik aan ´t wandelen op de weg. (alleen was ik niet aan ´t grazen) Blijkt dat het helemaal niet zo moeilijk is om die te benaderen. Voor niks de sluipheld uitgehangen. Maar dat was wel ongelooflijk plezant om te doen. Foto´s: tweede groep lama´s http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/ElCajasSegundoGrupoDeLlamas


Na een fatsoenlijke beklimming arriveer ik eindelijk op het eigenlijk beginpunt van mijn wandeling. Tres Cruces, op 4130 meter. De minste beklimming kruipt enorm in uw kleren op die hoogte, regelmatige rustpauzes zijn onontbeerlijk. En het eerste wat ik doe is verkeerd lopen, één pad op de kaart bleken er twee in werkelijkheid te zijn. Die kaart trok overigens op niks, meer dan tien keer minder nauwkeurig dan onze Belgische NGI-stafkaarten. Maar ale, als gevolg daarvan kwam ik op het hoogste punt in de omgeving, met enkele prachtige foto´s als gevolg, en zag ik mij min of meer verplicht om een stukske van het pad af te wijken, ook altijd geweldig. (voor de mannen die mee waren naar Schotland: zoiets als toen in die moor, maar minder drassig en meer bergachtig)
Foto´s: Begin van de wandeling. http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/ElCajasTresCruces

Wanneer ik dan eindelijk terug op het pad raak zie ik in de verte twee andere wandelaars. Ik nader stilaan en we maken kennis. Blijkt het nen Amerikaan te zijn – met gids – die hier is voor het geven van lessen over leiderschap en teambuilding, exact hetgene waarvoor ik ook hier ben/probeer te zijn. Dat kom ik dan tegen in de middle of nowhere, in een extreem groot godverlaten nationaal park op 4000 meter hoogte, “´t is grappig omda´t waar is”.
Die mens zijn lessen kostten wel 280 dollar voor drie dagen. Die zullen zeker ongelooflijk interessant zijn, maar dat kan het nooit waard zijn. Maar ge kent mij, een paar klapkes later ging die mens proberen om voor mij iets ta arrangeren. We zullen zien wat er van in huis komt, want de universiteit van Azuay (een andere unief in Cuenca) heeft daarover te beslissen.

Goed, de Martin en zijne kameraad Carlos besluiten na een goed uur om terug te draaien. De mannen hadden een half literke water bij voor twee man. Ik wilde mijne voorraad nog delen, maar met drie man verdergaan op twee liter water zou onverantwoord geweest zijn. Terug alleen dus.

Ik had mijn quena en zampoña meegepakt, om in dat verlaten park wat te oefenen zonder volk lastig te vallen. Met een van de schoonste foto´s als resultaat.

Foto´s: natuurbeelden en vergezichten http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/ElCajasNaturalezaYVistas

Ale, om een lang verhaal relatief kort te houden, Cajas biedt een schitterende afwisseling van alle soorten landschappen; rotsen, grasvelden, drassige mosvlaktes, alles doorklieft met honderden rivierkes. Bij de aanvang van de laatste drie kilometer hoor ik ergens ver weg een fluitsignaal. Ik denk direct aan de mogelijkheid van iemand in nood en begin de omgeving af te speuren. Zeven sluitsignalen volgen en dan wordt het stil. Het zicht is ongeloofijk ver en in de immense vallei slaag ik er niet in om iemand te zien, ik wandel verder.

Ik lees intussen op de kaart dat er aan de oever van het meer waar ik in de buurt loop grotten moeten zijn. Er resten me nog twee en half uur voor het donker wordt en slechts een tweetal kilometer. Ik vorder nog goed en het weer is uitstekend. ik beslis van het pad af te wijken en de grotten te gaan zoeken. Geen grot te bespeuren, maar beneden aan het meer zie ik vissers. Ik ga erop af en vraag hen of ze weten waar de grotten zijn. “Van grotten weten wij niks, maar hier is ne wiskey en zet u.” Hernán, Angel, Wilson en Germán, plezante mannen, ik had het weer getroffen. Ze waren zowaar blij mij te zien, “hebde ons niet horen fluiten?” De Germán was 70 en kwam hier nog altijd regelmatig over de rosten geklefferd om te komen vissen. Ik heb nen helen uitleg gekregen over verschillende planten en hun medisch nut, intussen vrolijk wiskeykes drinkend. Ge moet weten dat Ecuadorianen zot zijn op buitenlanders en daarom altijd gastvrij zijn, en ten tweede zijn ze extreem trots op hun eigen cultuur. Toen ik die mannen een stukske quena- en zampoñamuziek liet horen werden ze dus helemaal wild. De Germán heeft mij zijn vangst van die dag cadeau gedaan. Ik wilde dat eerst niet, maar dat kan slecht overkomen om dat te weigeren en bijgevolg staan er deze avond drie forellekes op het menu, vers uit Cajas. (dat wordt hier beschouwd als een dure delicatesse) Wiskey wordt hier altijd gemengd met water, en toen het fleske water leeg was vulden ze bij uit het meer. Bleek dat het vorige fleske ook uit het meer kwam, ik heb dus al water uit Cajas gedronken. “Ge moet u geen zorgen maken over ameuben enzo, ik drink dat al 35 jaar,” aldus de Germán.
Ik ben bij die mannen blijven plakken en we zijn nadien samen het park uitgegaan. Intussen ben ik nog uitgenodigd om met hun auto mee naar Cuenca te rijden, dat spaarde me dus een busrit uit.
´s Avonds in Cuenca heb ik die mannen getrakteerd op een portie cascarita, varkensvlees en mote. Ik ben door den Hernán uitgenodigd om mee te gaan op een kamp in Cajas met zijn school (hij is leraar), met de vermelding dat er schoon vrouwen in het laatste jaar zaten en dat 18 jaar niet te jong is voor iemand van 23, gieren. (we zullen zien wat ervan komt want ik ken die mannen hun daadkrachtigheid intussen al) Van de Germán kreeg ik de uitnodiging om hem te bellen als ik nog eens naar Cajas ga, dan gaat hij mee en voorziet hij ons van visgerief.

Hoeveel chance kunde hebben.
Foto´s: de vissers en de terugkeer http://picasaweb.google.co.uk/ecuador.december/ElCajasLosPescadoresYElVuelto


Vandaag terug gerepeteerd met de panfluitmannen in ´t gras aan de unief. Ze gaan een groep starten en hebben gevraagd of ik niet mee doe. Ze gaan van die poncho´s kopen – gelijk de echten – dus dat maakt het allemaal nog een pak plezanter. Daar kunde toch niet nee tegen zeggen ...

En hoe extreem beestig is het om in Ecuador een kaart vanuit Thailand aan te krijgen:
Merci Rombouts, ze zijn ze juist komen brengen, ze is drie weken onderweg geweest.

6 opmerkingen:

Eef zei

Lama's zijn vieze beesten, besef ik nu. (Tuffen die niet in u gezicht, bij de weg? De vetzakken.) En gij zijt ook een beest, maar dat wisten we al langer. Ongelooflijk hoe ge dat allemaal klaarspeelt, en nooit bedrogen uitkomt. (Want ons mama zegt toch altijd dat ge niet moogt meegaan met vreemde mensen? Bandiet!) :-) However, "Seven years in Tibet" is er kattenpis tegen. Ge speelt den hoofdrool in den beste onuitgegeven film. Moeha. Wij zijn goe bezig...
xxx

Jan en Nancy zei

Beenieman,
zalig om te horen dat het kaartje is aangekomen. We hebben geen promise badge gevonden, maar wel een badge van de Thaise scouting, Jamboree style :-).
Het zal met de volgende lading souveniers richting Belgie vertrekken.
De koning (van Thailand) is een beetje zwakskes, dus het zal waarschijnlijk een no-show worden, maar we gaan er in ieder geval niet minder om vieren :-).

Houd u goed!

Groetjes

Jan en Nancy

Bob Michel zei

waarlijk schitterende foto's, kkrijg verdorie al goesting om mn stapschoenen op te blinken ;-)

den internetnerd in mij gebiedt mij wel te zeggen dat de hoofding van uwen blog nogal groot is, wat veel witruimte eronder...maar voor de rest vind ik het belachlijk plezant da ge goed uwe weg vindt in blogger en picasa

nog ne goeie quote opgesnort gisteren: "living in one country is living in captivity"

tamusement

Lommelen december zei

Goed, dat vaagt om reactie:

Klenne ik ben niet betuft geweest, maar ik ben zelf ook niet begonnen, misschien ligt het daar aan.

Rambouts en Nancy, dat is beestig nieuws. Merci!

Op deze computer wordt van mijn hoofding alleen het beeld weergegeven, zonder de witruimte. Ik zal eens moeten uitfrutselen aan wat dat dat ligt en anders smijt ik dat er terug af.

Merci voor de commentaar.

mariaenluc zei

Lommelen, ik herhaal het nog maar eens, ge zijt echt nie te doen!!!
Hoe da gij dat daar allemaal klaarspeelt !
En zoals Eef zei : Seven years in Tibet - is er kattepis tegen.
Gij gaat hier in ons Belgenland echt niet meer aarden vrees ik.
Geniet er maar met volle teugen verder van !

ma zei

Hoeveel chance kunde hebben in 't leven !
Dat blijft daar maar verrassingen on petto hebben. Pluk de dag !